In een opiniestuk in De Standaard van zaterdag 12 maart 2016 staat een zeer helder stuk over open offices en concentratie, of beter gezegd de onmogelijkheid om te concentreren.
“Het open kantoor is ruim en licht. Het belichaamt de nieuwe stijl van werken, maar is eigenlijk vaak ingegeven door besparingen. En de kakofonie van lawaai en de overdaad aan prikkels putten ons uit.
Zelfs mensen die denken dat ze geen last hebben van de afleiding in een open kantoor, hebben er last van’, zegt Frederik Anseel, professor organisatiepsychologie aan de UGent. ‘Je mag de impact van een storing op je concentratie niet onderschatten’, zegt Hendrik Delagrange van de Stichting Innovatie en Arbeid, de onderzoeksafdeling van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen. ‘Na een storing kost het je 25 minuten om opnieuw ten volle geconcentreerd te zijn.’
Ergernis
En storingen zijn legio in open kantoren, met als een van de grootste ergernissen: telefoons die staan te rinkelen op onbemande bureaus. In een studie uit 2005, nog vóór elke app haar eigen ping had, gaf 82 procent van de openkantoorgebruikers aan dat ze last hadden van niet minder dan drie bronnen van lawaai.